Het endorfine herstelplan

Inleiding

Onze genen hebben gedurende honderdduizenden jaren vertoeft in een volstrekt natuurlijke omgeving. Met de opkomst van de industrialiseerde voeding en verandering van de voedingsgewoonten is hierin verandering gekomen. De moderne mens consumeert vooral troostvoeding, dit zijn voedingsstoffen met een in aanvang endorfine/dopamine stimulerend effect. Met name koolhydraten, suiker, smaakversterkers en exorfinen hebben dit effect. Exorfinen zijn endorfine imitators uit zuivel, gluten, soja, spinazie en schimmels. Troostvoeding vermindert op termijn de gevoeligheid van endorfine, dopamine en insuline. Dit is vooral te merken aan de toename van klachten en aandoeningen die verband houden met de ongevoeligheid van deze drie signaalstoffen (onderstaand schema).

Schema: ADD-ADHD en endorfine-resistentie.

Endorfine

Het endorfinesysteem is te zien als een soort centraal regulatie-systeem. Het activeert én tegelijk remt het de vrijgave van dopamine. Raakt het endorfinesysteem vermoeid door overstimulatie (bv. troostvoeding, exorfinen en stress), dan is zowel de stimulerende als de remmende factor van dopamine ontregeld. Dit is zowat de belangrijkste reden waarom een eliminatiedieet zo gunstig werkt bij de behandeling van AD(H)D. Namelijk het dieet herstelt de werking van endorfine en daarmee ook de werking van dopamine.
Endorfine fungeert als een centrale modulator van honderden andere eiwitten en genen. Endorfine is onder meer betrokken bij de modulatie van neurotransmitters, hormonen, enzymen, antikankerstoffen en neurotrofe (neuron herstellende) eiwitten. Modulatie is hier te zien als: ‘Het aansturen van de afgifte en de gevoeligheid van andere eiwitten’. Een verstoring in de werking van endorfine heeft een verstoring van de door endorfine gemoduleerde signaaleiwitten tot gevolg. Deze ontregeling is in grotendeels afhankelijk van het stadium waarin de endorfine-resistentie is gevorderd. ADD/ADHD bijvoorbeeld zijn aandoeningen met een beginnende endorfine-resistentie, hierdoor wordt er minder dopamine vrijgegeven. Borderline en therapie-resistente depressie situeren zich een verder gevorderd stadium. In de eindfase zien we vooral aandoeningen met complexe symptoomclusters (bv. CVS, en fibromylagie) en de (neuro) degeneratieve ziekten zoals kanker, dementie, MSA en de ziekte van Parkinson.

Uit diverse onderzoeken blijkt dat endorfine-resistentie parallel loopt met de toename van ‘chronische, psychische en degeneratieve aandoeningen’. Deze aandoeningen bestaan uit symptoomclusters. Een voorbeeld van zo een cluster zijn de AD(H)D-comorbiditeiten:

  • Psychische comorbiditeiten zoals depressie, OCD, ODD, angsten, verslavingen en borderline.
  • Somatische comorbiditeiten zoals insuline-resistentie, maagzuurproblemen, allergieën, astma, hooikoorts en darmklachten